Studieopzet: Buikspieractiviteit wordt geregistreerd in rugligging, ongedwongen staand en in zittende houding op een bureaustoel met gebruik van rugleuning en armleuningen, met en zonder gekruiste benen.
Doelstellingen: Het beoordelen van de rol van de schuine buikspieren in relatie tot de stabiliteit van de lumbale wervelkolom en het bekken in veel aangenomen ongedraaide houdingen.
Samenvatting van achtergrondgegevens: Zitten met gekruiste benen komt veel voor bij mannen en vrouwen. Er bestaat geen solide bewijs voor een gunstig of ongunstig effect van deze houding. Geen enkel elektromyografisch onderzoek behandelt de activiteit van de buikspieren in deze veel aangenomen ongedwongen houding.
Methoden: Bij gezonde proefpersonen werd de elektromyografische activiteit van de rectus abdomini en de externe en interne schuine buikspieren bilateraal geregistreerd tijdens veel aangenomen ongedwongen houdingen.
Resultaten: De activiteit van de interne schuine spier was significant hoger in de zittende positie dan in de rugligging. Voor de externe en interne schuine buikspieren was de activiteit significant hoger in de staande positie dan in de zittende positie. Tijdens het zitten is de activiteit van de schuine buikspieren significant verlaagd door het kruisen van de benen op de voorkeursmanier (ofwel de bovenbenen kruisen of de enkel op de knie). Daarentegen wordt de activiteit van de rectus abdominis niet significant veranderd door het kruisen van de benen.
Conclusies: Uit deze opmerkelijke bevindingen concluderen wij dat het kruisen van de benen fysiologisch waardevol is. Onderzocht moet worden of beenkruisingen kunnen worden geïmplementeerd in de inrichting van de werkplek.