Onze Patroonheilige
Sainte Anne werd geboren in Bethlehem en trouwde met Joachim uit Nazareth in Galilea. Joachim was een schaapherder die de tempel van Jeruzalem moest voorzien van schapen om te offeren.
Na 20 jaar huwelijk hadden Anne en Joachim geen kinderen. Toen Joachim eens de spot hoorde drijven met hun kinderloosheid, trok hij naar verluidt de woestijn in om God te smeken hun een kind te schenken. Na een tijd van vasten verscheen er een engel die Joachim en Anne verzekerde dat ze een kind zouden krijgen dat ze Maria zouden noemen en aan God zouden opdragen.
In de tussentijd vroeg de heilige Anne zich af waar haar man was gebleven en in haar wanhoop over het feit dat ze onvruchtbaar was bad ze terwijl ze naar de pasgeboren vogels in hun nesten in haar tuin keek. Ze riep uit: “Waarom ben ik geboren, Heer?” Toen verscheen er een engel die haar vertelde dat ze spoedig een dochter zou baren die ze Maria zou noemen. Het verhaal gaat verder met het vreugdevolle weerzien van Anne en Joachim bij de gouden poort van Jeruzalem.
Na haar geboorte droegen Anne en Joachim Maria op aan God in de tempel van Jeruzalem en zij bracht daar een groot deel van haar jeugd door. Toen Maria veertien was, verloofden zij haar met Jozef van Nazareth en zo gaat Maria’s verhaal verder met de geboorte van haar zoon, Jezus, en zijn leven op aarde.
Het leven van de heilige Anna en haar verbondenheid als heilige moeder van Maria en grootmoeder van Jezus was zeer geliefd bij de eerste christenen. In het jaar 550 werd in Jeruzalem een kerk gebouwd ter ere van de heilige Anna. Men gelooft dat deze kerk in de buurt stond van de plaats waar Anne, Joachim en Maria leefden.
Het feest van St. Anne is op 26 juli. Er is geen vermelding van Anne in het Nieuwe Testament. Het verhaal van de heilige Anna komt voornamelijk uit het Protoevangelium van Jacobus, dat pas uit de tweede eeuw stamt.
St. Anne, beschermheilige van moeders, kraamvrouwen en minderjarigen, wordt gesymboliseerd door Maria die in haar schoot het kindje Jezus vasthoudt.