Al bijna een eeuw lang is aluminium (Al) in de vorm van Al oxyhydroxide (een kristallijne verbinding), Al hydroxyfosfaat (een amorf Al fosfaat hydroxide), Al fosfaat, en Al kaliumsulfaat gebruikt om de immunogeniciteit van vaccins te verbeteren. Al is momenteel opgenomen in vaccins tegen tetanus, hepatitis A, hepatitis B, humaan papillomavirus, Haemophilus influenzae type b, en infecties door Streptococcus pneumoniae en Neisseria meningitidis. De officiële gezondheidsautoriteiten beschouwen de opname van Al in de meeste momenteel aanbevolen vaccins als uiterst doeltreffend en voldoende veilig. De opname van Al-zouten in vaccins is echter al verscheidene jaren onderwerp van discussie, omdat studies erop lijken te wijzen dat chronische blootstelling aan Al door toediening van vaccins kan interfereren met cellulaire en metabolische processen die kunnen leiden tot ernstige neurologische aandoeningen. Kinderen, die in hun eerste levensjaren gedurende een beperkte periode verscheidene vaccindoses toegediend krijgen, zouden het meest vatbaar zijn voor elk risico dat met vaccins of vaccinbestanddelen in verband kan worden gebracht. Het hoofddoel van dit document was de thans beschikbare gegevens te bespreken betreffende de neurotoxiciteit van Al en het risico voor kinderen die vaccins of andere farmaceutische preparaten met Al krijgen. Uit een analyse van de literatuur is gebleken dat er geen duidelijke reden bestaat om Al uit vaccins te weren uit vrees voor neurotoxiciteit. Het enige probleem dat aandacht verdient is het gesuggereerde verband tussen vaccins die Al oxyhydroxide bevatten en macrofagische myofaciitis of myalgische encefalomyelitis/chronisch vermoeidheidssyndroom. Momenteel kunnen over deze risico’s nog geen definitieve conclusies worden getrokken en moet verder onderzoek worden verricht. Tot die tijd blijft Al de beste oplossing om de werkzaamheid van vaccins te verbeteren.
ReviewAluminium in vaccins: Does it create a safety problem?