Zowel zeezoogdieren van de orde der Sirenen, kan het verschil tussen doejongs en lamantijnen gemakkelijk over het hoofd worden gezien wanneer hun gelijkenissen zo duidelijk zijn. Het zijn allebei vreedzame herbivoren met een groot lichaam, die voorkomen in oceanen en sommige zoetwatermeren, en ze zijn allebei verwant aan de olifant. Daar eindigen echter hun schijnbare overeenkomsten.
Milieu
Een belangrijk verschil tussen doejongs en lamantijnen is hun habitat. Dugongs komen voor in ondiepe, beschutte kustgebieden rond de Indo-westelijke Stille Oceaan. Ze komen nooit buiten het zoute water en eten alleen zeegras.
Manatees komen voor in moerassige gebieden in het Caribisch gebied en de Golf van Mexico, maar ook in het Amazonebekken en West-Afrika. Ze leven voornamelijk in zout water, maar trekken in de winter naar warmere zoetwatergebieden. Hun dieet bestaat uit een verscheidenheid aan zeeplanten en zelfs enkele algen.
Fysiek
Hoewel ze op elkaar lijken, is er toch een verschil tussen doejongs en zeekoeien wat hun fysieke attributen betreft. Twee van de grootste zijn de structuren van hun staart en snuit. Dugongs hebben staartwortels met puntige uitsteeksels aan de uiteinden, zoals een walvis of een dolfijn, maar met een enigszins holle achterrand. Lamantijnen hebben een peddelvormige staart die meer lijkt op die van een bever en die tijdens het zwemmen verticaal beweegt.
De snuit van een doejong is breed, kort en slurfvormig. Hij is naar beneden gericht met een spleet als mond, nuttig voor het eten van de oceaanbodem. Lamantijnen daarentegen hebben een korte snuit met een gespleten bovenlip die zich om planten bij het wateroppervlak krult. Dugongs zijn over het algemeen kleiner dan lamantijnen, met een gemiddeld gewicht van 925 pond en een lengte van 2 meter. Lamantijnen wegen tot 1.100 pond en worden bijna 1 meter lang.
Gemeenschap
Een laatste verschil tussen dugongs en zeekoeien betreft hun sociale leven. Beide zijn voornamelijk solitaire dieren, maar ze hebben een zeer verschillende benadering als het op partners aankomt. Dugongs zijn meestal monogaam en leven als een paar met één partner. De vrouwtjes beginnen te baren als ze een jaar of tien oud zijn en blijven dat elke drie tot vijf jaar doen. Mannelijke lamantijnen daarentegen leven meer polygaam. Vrouwtjes baren rond hun derde jaar en daarna om de twee tot drie jaar.
Foto’s via La Chiquita, Lola’s Grote Avontuur!