Blackface minstrelsy, die zijn naam ontleende aan de blanke artiesten die hun gezichten zwart maakten met gebrande kurk, was een vorm van vermaak die zijn hoogtepunt bereikte in het midden van de 19e eeuw. Met karikaturen van Afro-Amerikanen in zang, dans, sterke verhalen en stand-up comedy, was de minstrelsy immens populair bij het blanke publiek. Deze karikaturen hadden meestal de onbeschaafde, parochiale, vrolijke zuidelijke plantageslaaf (Jim Crow) in zijn haveloze kleding, of de stedelijke dandy (Zip Coon of Dandy Jim), vaak voorgesteld als traag pratend, ondeugend en overdadig gekleed. Beiden waren dom, lui en dol op watermeloen en kip. Deze twee stereotypen bleven decennialang de meest duurzame van de Amerikaanse minstrelsy.
Het klassieke tijdperk van de blackface minstrelsy begon aan het eind van de jaren 1830, toen artiesten regelmatig duo’s, trio’s en soms kwartetten begonnen te vormen. Tegen de jaren 1840 werd de show gewoonlijk in twee delen gesplitst: het eerste concentreerde zich grotendeels op de stedelijke zwarte dandy, het tweede op de zuidelijke plantageslaaf.
Een belangrijke verandering in de minstrelsy was de ontwikkeling van groepen bestaande uit zwarte performers. Terwijl de weinige die er in de begindagen waren geweest niet als belangrijk werden beschouwd, werd de impact van zwarte gezelschappen na de Burgeroorlog duidelijk. De gezelschappen boden een showcase voor de talenten van zwarte musici. Naast plantagescènes en karikaturen, populair gemaakt door blanke artiesten, verwerkten zwarte gezelschappen vaak Afro-Amerikaanse religieuze muziek in hun shows. Tot de populairste behoorden de Original Georgia Minstrels, Haverly’s Colored Minstrels, Sprague’s Georgia Minstrels, en W.S. Cleveland’s Colored Minstrels. Rond de eeuwwisseling hadden de meeste professionele groepen de klassieke minstrelsy ingeruild voor burlesque, de voorloper van de Broadway musical, en een vorm die slechts marginaal verband hield met minstrelsy. Niettemin bleef de minstrelsy onder amateurartiesten en -producenten een populaire vorm van Amerikaans amusement tot ver in de jaren 1920.